De bodem is rijk aan biologische diversiteit en complexiteit die niet met het oog direct zichtbaar is. Zonder een microscoop zou je niet weten dat er miljoenen organismen in een handvol grond zitten.
Bacteriën, algen en schimmels spelen een cruciale rol in de groei en het welzijn van de bodem en planten. De miljoenen microben in de bodem kun je zien als “arbeiders” van een groot recyclingfabriek, mijnbouw en raffinaderijen. Ze hebben allemaal een speciale functies die helpen bij het beschikbaar maken van voedingsstoffen voor de planten.
De meeste bodemmicro-organismen werken in een “recycle” rol. Dit zijn de “ontbinders” die dode planten- en dierenmaterie opnemen en afbreken. Als deze “recyclers” hun werk niet zouden doen, dan zou de wereld een hoop onbruikbaar afval zijn!
In plaats daarvan gebruiken bodemmicro-organismen het organische materiaal om de fundamentele componenten die door planten als voedsel worden gebruikt, vrij te geven.
De microben die werken in een recycling rol, gebruiken de organische koolstof in de organische stof als een energie bron (als voedsel). Bij het recyclen komen voedingsstoffen vrij zoals stikstof, kalium en fosfor; die belangrijk zijn voor de gezondheid van de planten. Het belang van deze “recycle-microben” kan niet worden overschat; Ze veranderen het afval van de bodem in de bouwstenen van het leven.
Het behoud van het planten leven is onmogelijk zonder deze organismen.
De bodemmicro-organismen die de rol van “mijnwerkende-microben” vervullen, werken op nabijgelegen mineralen, niet op organisch materiaal zoals de “recycle-microben”. “Mijnwerker-microben” maken een “bacteriële smurrie”- wetenschappelijk benoemd als een exsudaat.
Deze smurrie heeft een speciale pH-waarde en andere belangrijke eigenschappen die voedingsstoffen zoals fosfor, calcium en kalium binden en extraheren. Al deze mineralen zijn nodig voor gezonden platen en een goede gewasopbrengst.
Een specifieke groep micro-organismen worden mycorrhiza genoemd. Dit is een samenlevingsvorm van schimmels en planten via wortels. Bijna alle planten werken ondergronds samen met schimmels. Deze schimmels absorberen bijvoorbeeld mineralen uit de bodem die ze vervolgens afstaan aan planten, in ruil daarvoor krijgen ze suikers terug voor hun eigen voeding.
Raffinagemicroben een klasse van bacteriën die rhizobium worden genoemd, zijn in staat om stikstof uit de lucht te halen en te verwerken tot een vorm die bruikbaar is voor de plant. Deze “stikstofbindende” bacteriën nemen stikstofgas op in de atmosfeer (N2-gas) en zetten dit om in plantaardig ammoniak en andere stikstofrijke organische verbindingen.
Over algemeen leven deze “raffinaderijen” alleen in speciale wortelvormen die “stikstofwortelknolletjes” van peulvruchten worden genoemd. Luzerne en klavers zijn peulvruchten. Ze kunnen deze symbiotische relatie met rhizobium vormen.
Door deze speciale symbiotische relatie zijn bijvoorbeeld klavers een geweldige manier om minder kunstmest te gebruiken. Het dode weefsel van peulvruchten is zeer rijk aan stikstof. Dit stikstofrijke plantenmateriaal kan stikstof leveren aan naast gelegen planten zoals grassen en kruiden.
Dit betekent dat de veehouder minder tijd, geld en energie hoeft te besteden aan het toedienen van stikstofmeststoffen doormiddel van het gebruik van klavers.